Het ambtelijk rapport ‘Bijsturen met het oog op de toekomst’ (2023) voorziet op de wat langere termijn (vanaf 2028) een noodzaak tot een lagere begroting. Een bezuiniging van 17 miljard op jaarbasis.
Dat doet denken aan de 18 miljard van het kabinet Rutte II (VVD-PvdA). Het neoliberale gedachtengoed was toen al zo algemeen dat de PvdA zelfs meegeholpen heeft die bezuiniging te realiseren. GroenLinks had de aanzet daartoe al goedgekeurd in het Lenteakkoord van 2013.
Zelf schrok ik vooral van de harde manier waarop Halbe Zijlstra met zijn portefeuille cultuur omging (al in Rutte I). Maar ook in mijn werk als opleider van schoolleiders in Nederland en daarbuiten had het neoliberale gedachtegoed iets vanzelfsprekends. Schaalvergroting, efficiency, delegeren of uitbesteden met minder middelen……
Zo bezuinigen als toen zou niet opnieuw moeten gebeuren. Er zijn teveel uiterst dringende problemen die deels met geld opgelost moeten worden. Dat geld moet op tafel komen.
Recent is (weer) duidelijk geworden dat grote ondernemingen en miljardairs veel manieren hebben om belastingen te ontwijken Daardoor dragen ze erg weinig bij aan de publieke middelen (Zie het ‘Tax Evasion Report 2024’). Minder grote ondernemingen en mensen met een gemiddeld inkomen betalen naar verhouding veel meer.
Het nieuwe kabinet dient daarom minstens zo intensief aan belastingontwijking te werken als aan klimaat, bestuur, onderwijs, zorg en bestaanszekerheid.