Email van Lesley aan het college:
Tot mijn verbazing vernam ik dat het Armoedeplatform is geconfronteerd met een e-mail waarin wordt aangegeven dat er 3 ton bezuinigd moet gaan worden op het minimabeleid. Met daarbij 36 pagina’s, een soort samenvatting uit het BIP-boek met allerlei opties op dit gebied. Vervolgens aan hen de vraag: willen jullie aangeven waarop volgens jullie deze drie ton kan worden bezuinigd?
In het afgelopen presidium heb ik de vraag gesteld of ik de gegevens uit het BIP-boek/richtingensessie mocht bespreken/delen en daarbij heb ik letterlijk het Armoedeplatform genoemd als voorbeeld van degenen die ik wil raadplegen. Daarop hebben we als presidium afgesproken dat we dat (nog) niet actief gaan doen (alleen in de fractie). We krijgen eerst de mogelijkheid om technische vragen et cetera te stellen en we willen niet nu al mensen bezorgd maken en/of allerlei vragen krijgen was het verhaal. Communicatie moet zorgvuldig verlopen.
Oké, dan doen we dat zo.. Na de OZB-verhoging, ligt nu het BIP-boek al voor een groot deel op tafel met de mededeling dat we een bedrag van 3 ton moeten gaan bezuinigen op het minimabeleid. Dit terwijl we formeel nog helemaal geen besluit hebben genomen of we daadwerkelijk ook die 3 ton gaan bezuinigen hierop. Over de hoogte van een bedrag heeft de raad in de richtingensessie nog helemaal niks gezegd.
Kortom, de aanpak lijkt me niet handig en ook niet volgens afspraak.
Met vriendelijke groet,
Lesley Albers
Fractievoorzitter PvdA Berg en Dal
Hierbij de reactie van Jan, namens het Armoedeplatform, aan het college:
Drie ton bezuinigen op armoedebeleid!???
De e-mail van 25 mei spreekt over de bezuinigingsmogelijkheden binnen het armoedebeleid. We zijn al eerder eens met de vraag geconfronteerd om te kijken waar er bezuinigd kan worden, gezien de almaar stijgende kosten op het sociaal domein. Mijn indruk is dat de ruimte er onderhand wel uit bezuinigd is. Het probleem is dat de wethouder met haar portefeuille sociaal domein een taakstellende bezuinigingsopdracht heeft gekregen en geaccepteerd bij de vorming van dit college. En dat tegen de achtergrond van de houdgreep waarin gemeenten zitten door het regeringsbeleid. Gemeenten moeten wettelijke taken in het sociaal domein uitvoeren zonder dat daarvoor voldoende middelen beschikbaar zijn en worden gesteld.
Gemeenten zijn verplicht om elk jaar weer een sluitende begroting op te stellen waardoor er de afgelopen jaren al heel wat bezuinigd is, of omgebogen zo je wilt. Maar als dan het rijk door minder uit te geven dan begroot dit ook nog eens door vertaalt naar een korting op de eerder toegekende gemeente-uitkering om reden van het trap-op-trap-af-systeem, en de gemeenten danig gekortwiekt zijn in de mogelijkheden om reële eigen-bijdragen in de WMO te mogen innen door de maximale bijdrage voor eenieder, ongeacht hoogte van inkomen op €17,50 per 4 weken of daaromtrent te stellen, wordt het de gemeenten onmogelijk gemaakt om haar wettelijke taken in het sociaal domein met de beschikbare middelen uit te voeren, laat staan eigen beleid daarin vorm te geven. En dan heb ik het nog niet over de ongelukkige verdeelsleutel voor gemeenten waar hier o.a. sprake is van veel instellingen binnen de gemeente met cliënten uit andere gemeenten, sociale structuur, aantal ouderen etc.
De ombuigingsvoorstellen raken het armoedebeleid diep in het hart, in de kern. Ik kan mij niet aan de indruk onttrekken dat de voorstellen eerder een uiting zijn van armoedig beleid, dan een gedegen armoedebeleid gestoeld op een collegeprogramma waarin uitgesproken is dat ieder mee moet kunnen doen in een inclusieve samenleving. De vraag aan het armoedeplatform om aan te geven welke van de voorstellen wel kunnen is vragen om goedkeuring om het armoedebeleid uit te kleden tot op het bot. Er wordt gesteld dat er drie ton bezuinigd moet worden op het armoedebeleid. Hoezo moet? Er is dunkt mij al genoeg binnen het sociaal domein bezuinigd. Bezuinigingen zoals voorgesteld raken degenen die het het minst kunnen dragen. Het leidt tot een afbraak van het tot nu gevoerde beleid. Ik heb dat wel eens oneerbiedig als ‘pappen en nathouden’ betiteld, ofwel de meeste regelingen maken de armoede voor de betreffenden enigszins draagbaar, het voorkomt dat kinderen uit armoedegezinnen buitengesloten worden van activiteiten waaraan andere kinderen wel normaal deel kunnen nemen. Hierin snijden betekent dat we teruggaan naar af, en accepteren dat armoede een gegeven is en blijft, waar we ernaar zouden moeten streven dat we mensen structureel uit de armoede helpen. Dit laatste vergt eerder om extra te investeren om daar later, doordat de armoede structureel terugloopt, de financiële en andere, maatschappelijke vruchten van te plukken.
Kortom:
Ik ben het volstrekt oneens met de keuze die er nu voorligt om te korten op regelingen binnen het armoedebeleid. En dan moeten de financiële gevolgen van de coronacrisis nog komen. Ik vind dat er, als er zo fors bezuinigd moet worden, de bezuinigingen elders gezocht moeten worden, en niet in het sociaal domein. Overal hoor je dat gemeenten te weinig middelen krijgen om hun wettelijke taken binnen het sociaal domein uit te voeren. Mij lijkt dat zij zich harder moeten opstellen naar de landelijke overheid om de middelen te krijgen die nodig zijn om hun taken uit te kunnen voeren. Dat zal ook wel moeten met de financiële consequenties van de coronacrisis die hen en ons nog te wachten staan.
Drie ton bezuinigen op armoedebeleid???
Ik dacht het niet!!!