Ons raadslid Lesley heeft de volgende kwestie op 28 mei j.l. aan de orde gesteld bij het college.
Hieronder zijn de antwoorden van 8 juli j.l. verwerkt.
Schriftelijke politieke vragen naar aanleiding van brandveiligheid van gebouwen in onze gemeente
Eerder zijn naar aanleiding van onze vragen (vanaf 2015) over de brandveiligheid bij gebouwen (met name die waar kwetsbare personen verblijven) diverse gebreken geconstateerd bij objecten. Graag vernemen wij de stand van zaken. Daarnaast liet de beantwoording vaak langer op zich wachten en was deze tot nu toe niet op alle punten volledig. Daarom stellen wij onderstaand ook vragen over de processen / keten gemeente, ODRN en Veiligheidsregio.
1. Gebouwen met kwetsbare personen / langverblijf
Landelijk is eerder gebleken uit inspectierapporten dat er zorgen waren over de brandveiligheid bij gebouwen, en dan met name over de brandveiligheid bij zorginstel-lingen. Gebouwen waar kwetsbare personen verblijven – die dus minder zelfredzaam zijn – verdienen hoge prioriteit uit het oogpunt van onze taak ten aanzien van veiligheid en zorg voor deze kwetsbare groep mensen. Uit eerdere beantwoording bleek ook in onze gemeente e.e.a. aan de hand te zijn bij deze gebouwen.
- Vraag: Hoeveel gebouwen (zorginstellingen, kinderdagverblijven, hotels en scholen) binnen onze gemeente zijn sinds 2015 gecontroleerd en afgehandeld?
Antwoord : In bijlage 1 is een overzicht opgenomen van de huidige stand van zaken. - Vraag: Bij hoeveel van deze gebouwen waren maatregelen ten aanzien van de brandveiligheid noodzakelijk? Van welke aard waren deze maatregelen?
Antwoord : In het algemeen worden er bij 95 % van de uitgevoerde controles overtredingen of onregelmatigheden i.h.k.v. brandveiligheid vastgesteld. Deze overtredingen variëren van aard, omvang en ernst m.b.t. de daadwerkelijke onveiligheid. In gemiddeld 30 % van de gevallen leidt dit tot het opstarten van een bestuursrechtelijke procedure. - Vraag: Hoeveel dossiers omtrent zorginstellingen, kinderdagverblijven, hotels en scholen bin-nen onze gemeente zijn momenteel nog in behandeling omtrent brandveiligheid of moeten nog worden opgepakt (bezocht)?
Antwoord : Dit is per definitie een dynamisch aantal dossiers. Momenteel zijn er circa 35 dossiers in behandeling. Volgens het regionale Programma Risicobeheersing worden er vervolgens weer nieuwe objecten bezocht voor een veiligheidsinspectie en hier komen nieuwe dossiers uit. - Vraag: Welk oordeel geeft het college op dit moment over de brandveiligheid bij deze categorie gebouwen? En hoe was dit oordeel terugkijkend naar 2015?
Antwoord : T.o.v. de situatie van 2015 is hier een significante verbetering waarneembaar. Voor bijvoorbeeld de zorginstellingen zijn deze allemaal bezocht en is het vooruitzicht dat de laatste objecten dit jaar gereed komen. Er is dan sprake van een adequaat brandveiligheidsniveau.
2. Overige bouwwerken
Vraag: Heeft uw college de afgelopen 2 jaar handhavend moeten optreden / maatregelen moeten nemen bij andere bouwwerken omtrent brandveiligheid? Wat was de aanleiding daarvan? ( Zijn er handhavingsverzoeken ingediend, adviezen ingekomen van instanties, et cetera. )
Antwoord : Verreweg de meeste zaken zijn zonder handhaving opgelost, in 1 geval was er handhaving nodig. Na controle en hercontrole werd nog steeds niet voldaan aan de brandveiligheidseisen en is er daarom handhavend opgetreden.
3. Samenwerking
Vraag: Hoe is de samenwerking op het gebied van brandveiligheid (bij gebouwen) tussen ODRN, gemeente en Veiligheidsregio (en eventueel andere instanties)?
Wie heeft in dit proces welke rol en kan die ook als dusdanig worden uitgevoerd?
Waar zit nog ruimte voor verbetering en hoe wordt daaraan gewerkt?
Antwoord : De gemeente is bevoegd gezag, de ODRN geeft uitvoering aan de handhaving m.b.t. brandveiligheid en VRGZ is inhoudelijk deskundige en belast met de uitvoering (controles e.d.). Deze rollen zijn relatief nieuw en logischerwijs is er dan ook ruimte voor verbetering. Hier wordt aan gewerkt door elke maand in het zogenoemde afstemmingsoverleg lopende zaken die aandacht nodig hebben te bespreken. Daarnaast gaan gemeente, ODRN en VRGZ in het najaar een casus- middag doen, waarbij het hele proces onder de loep genomen wordt en we in beeld gaan brengen waar verbetering wenselijk is en hoe we dat vorm kunnen geven.
4. Voorkomen is beter dan……
Vraag: Hoe wordt door alle partijen samen bewerkstelligd dat de gebouwen in onze gemeente up-to-date blijven ten aanzien van brandveiligheid zodat we in de toekomst niet meer achter de feiten moeten aanlopen?
Antwoord : In bijlage 2 is het plan van aanpak uit oktober 2018 opgenomen. Hierin is aangegeven hoe VRGZ/ODRN te werk gaan en afstemmen met gemeente.
5. Dierstallen
Vraag: We horen landelijk helaas steeds meer over vreselijke stalbranden. Branden waarbij veel te veel dieren omkomen. De landelijk bekende cijfers over de afgelopen jaren lie-gen er niet om. Ook wij maken ons hierover zorgen.
Hoe borgt onze gemeente de brandveiligheid van stallen, zowel van nieuwbouw als van bestaande stallen? Is bekend hoe het met de stallen in onze gemeente is gesteld? Wordt hierop gecontroleerd, wordt dit meegenomen bij de vergunningverlening et cete-ra.
Antwoord : Conform de eerder vastgestelde DVO en het nu bestuurlijk vastgestelde brandrisicoprofiel en het daaruit toezicht programma, worden veehouderijen niet structureel bezocht door de VRGZ inzake brandveiligheid. In het kader van de afhandeling van meldingen of klachten, kunnen dergelijke objecten incidenteel bezocht worden. Wel zijn er samen met de brancheorganisatie GLTO, voorlichtingsbijeenkomsten georganiseerd m.b.t. veehouderijen en brandveiligheid.
Alvast dank voor uw antwoord en de ondernomen acties!