Namens GroenLinks en PvdA hebben wij een aantal vragen aan het college over interviews door wethouders over het Zonnepark Berg en Dal.
Hieronder zijn de antwoorden verwerkt die we op 6 januari hebben ontvangen.
Vragen over ‘Interviews wethouders over Zonnepark Berg en Dal op BD1 en RN7’
Geacht college,
De afgelopen dagen hebben wij kennis genomen van de interviews van de wethouder Wonen, Ruimtelijke Ordening en ontwikkeling op BD1 en de wethouder Energietransitie op RN7.
Enkele uitspraken vonden wij opvallend:
Interview BD1
BD1: “Bij deze handtekeningenactie is ook een wethouder aanwezig.”
[…]
Wethouder Wonen, Ruimtelijke Ordening en ontwikkeling: “Op dit moment en dit is misschien nog vers van de pers wordt er intern op het gemeentehuis een studie gemaakt met name op het gebied rondom Millingen aan de Rijn en welke mogelijkheden zijn er op termijn om Millingen aan de Rijn te doen groeien. Daar wordt nu naar gekeken. Ik verwacht ergens in het voorjaar dat daar een afronding van komt. Dan hebben we ook een beeld hoe staat Millingen ervoor, wat zijn nog plekken, waar we nog uit kunnen breiden.”
BD1: “Dat zijn juist die plekken waar die zonneparken zijn bedoeld hè?”
Wethouder Wonen, Ruimtelijke Ordening en ontwikkeling: “Ja, dat ding achter Klein Amerika zeg maar dat is natuurlijk een hele logische natuurlijk om er eventueel nog een wijk te bouwen. Ja, dan komt de zonne-energietransitie, bouwen alles wel heel dicht op elkaar te liggen.”
Interview RN7
Wethouder Energietransitie: “’t is een opmerking die wij natuurlijk al vaker hebben gehoord en ook al onderzocht is. En als het park verwezenlijkt wordt op de plek zoals die nu gepland is, is er meer dan genoeg ruimte om Millingen heen voor toekomstige woningbouw. Dus ook mensen die in de toekomst in Millingen willen gaan wonen op een nieuwe plek: d’r is nog ruimte genoeg!”
Naar aanleiding hiervan hebben wij de volgende vragen:
Eenheid van beleid
- Vraag: Klopt het dat wanneer het college een besluit neemt, dit besluit vanaf dat moment geldt als collegebeleid? Dat het college met één mond spreekt? En dat het met het oog op een goed bestuur ongewenst is dat leden van het college tegen elkaar uit kunnen worden gespeeld als zij afwijkend verklaren over het collegebeleid?
Antwoord: Ja, dat klopt.
Woningbouwbeleid Millingen aan de Rijn
- Vraag: Kunt u aangeven wat de aanleiding is voor het doen van onderzoek naar “met name het gebied rondom Millingen aan de Rijn” en naar “welke mogelijkheden […] er op termijn [zijn] om Millingen aan de Rijn te doen groeien”?
Antwoord: In de woningbouwplanning voor de kern Millingen aan der Rijn zijn 131 woningen opgenomen voor de periode 2020– 2030. In het door de raad vastgestelde woningbouwprogramma is een behoefte opgenomen van 215 woningen. Gezien de grootte van de kern (centrumfunctie) wordt het verstandig geacht om ook Millingen voldoende te kunnen laten groeten.
- Vraag: Wie heeft de opdracht voor dit onderzoek gegeven? En wat is het budget in tijd en geld hiervoor?
Antwoord: Het betreft een interne ambtelijke verkenning. Bij de actualisatie van de woningbouwplanning (meestal in september in de raad), kan er nader op worden ingegaan.
- Vraag: Kunt u bevestigen dat het college (unaniem) heeft besloten om zich in te spannen voor de realisatie van het Zonnepark Berg en Dal, hetgeen woningbouw op bepaalde locaties uitsluit? Zo ja, waarom worden deze locaties dan toch onderzocht, terwijl de Wethouder Energietransitie terecht opmerkt dat deze al zijn onderzocht?
Antwoord: Het college heeft unaniem besloten het ontwerp bestemmingsplan ter visie te leggen. Het ter visie gelegde bestemmingsplan sluit geen woningbouw uit. Op de beoogde gronden voor het zonnepark waren geen woningen voorzien. Dat is nog steeds het geval. Dat wordt verder ook niet onderzocht.
Zie ook de beantwoording van de wensen en bedenkingen van diverse raadsfracties, Informatienota raadsvergadering 14 december 2023 (VB/Raad/23/01651), mn pagina 1 van de reactienota. Hier staat het volgende opgenomen:
Het argument dat door een zonneveld ten noorden van de Eversberg toekomstige woningbouw in Millingen aan de Rijn in de knel komt acht het college niet reëel. Het beoogde zonneveld ligt binnen het door de raad vastgestelde zoekgebied voor zonnevelden. Dit zoekgebied (de meest dichtbij gelegen hoek), ligt op ca 330 meter afstand van de kern. De panelen zelf liggen in het laatste ontwerp op circa 430 meter vanaf de kern. Indien we uitgaan van een schil van nieuwbouw rondom de wijk Nielingen en die beperken op 330 meter, met een lage dichtheid van 30 woningen per ha, dan is er ruimte voor circa 1200 woningen. Dit afgezet tegen de behoefte aan woningen tot 2030 van ruim 200 stuks, waarvan de helft reeds is voorzien in beoogde locaties (zie ook update woningbouwplanning raad september 2023), maakt dat het college van mening is dat dit geen valide argument is om niet ten noorden van de Eversberg zonnevelden te gaan ontwikkelen (en daarmee het zoekgebied te beperken).
- In het Koersdocument Omgevingsvisie (p. 34) lezen wij:
“De vraag naar woningen is groot. Daar proberen we in Berg en Dal op een zorgvuldige manier een bijdrage aan te leveren, zonder ons buitengebied vol te bouwen en onze groene ruimtelijke kernkwaliteit te verliezen. Naast een bijdrage aan de woningbouwbehoefte willen we woningbouw ook inzetten om verouderde locaties in de dorpen te verbeteren en een bijdrage te leveren aan de sociale samenhang in de dorpen.”
Vraag: Kunt u aangeven waarom er dan toch “met name” onderzoek wordt gedaan naar het gebied “rondom” Millingen aan de Rijn? Waarom spreekt de wethouder Wonen, Ruimtelijke Ordening en ontwikkeling dan toch over “Millingen aan de Rijn te doen groeien” en over “nog een nieuwe wijk te bouwen”?
Antwoord: De bedoelde verkenning heeft geen relatie met het beoogde zonnepark. Inbreiding gaat altijd boven uitbreiding. Inbreiding (inzetten op transformatie van verouderde locaties) maakt dan ook nadrukkelijk deel uit van de verkenning.
- Vraag: Kunt u, mede voor de achtergrond van de resultaten van het Woningmarktonderzoek, bevestigen dat in het kader van het onderzoek nadrukkelijk ook zal worden gekeken naar bijvoorbeeld het splitsen van bestaande wooneenheden, alvorens over zal worden gegaan tot “[het bouwen van] nog een nieuwe wijk”?
Antwoord: Het spitsen van woningen in een kern is in de regel geen instrument waarop actief kan worden ingezet. Splitsing komt meer voor in het buitengebied. Met het splitsen van woningen worden geen aantallen bereikt die een verschil kunnen maken. Bovendien is het maar zeer de vraag of dit dan weer aansluit op de behoefte.
De ladder voor duurzame verstedelijking dwingt ons als het ware eerst goed te kijken naar potentiele reeds verstedelijkte locaties die getransformeerd kunnen worden. Pas hierna kan er sprake zijn van uitbreiding.
Met vriendelijke groet, namens de fracties van GroenLinks en PvdA,
Florian Gödderz
(Raadslid GroenLinks Berg en Dal)